Sprinten

2 minuten

Een sprint is altijd kort en is als een explosie: kort, maar hevig. Misschien lijkt het een kwestie van zo hard mogelijk trappen en dan maar zien waar het schip strandt. Toch is dat niet helemaal waar. Er komt wel degelijk techniek bij kijken.

Hoe kun je je sprintkracht zo goed mogelijk gebruiken?

Fase 1: Voorbereiden

Bereid je voor op een sprint door al iets groter te schakelen en je stuur beet te houden in de beugels. Door het sprinten gaat je snelheid en dus ook je trapfrequentie omhoog. Door een paar tandjes bij te schakelen vóór de sprint heb je in het begin van de sprint de goede versnelling te pakken.

Fase 2: Aanzetten

Kom uit het zadel wanneer je pedalen op gelijke hoogte zijn en start met sprinten met je sterkste voet. Zodra de pedaalweerstand minder wordt, schakel je op. Als je binnen een paar trappen al moet opschakelen ben je met een te lichte versnelling begonnen. Experimenteer hier mee tijdens je sprinttraining.

Een sprint bestaat uit 3 fases: voorbereiden, aanzetten en knallen
Een sprint bestaat uit 3 fases: voorbereiden, aanzetten en knallen.

Fase 3: Knallen

Geef alles. Een sprint is kort dus in dat korte tijdsbestek moet je knallen. Duw zo hard mogelijk met je benen op de pedalen en trek aan je stuur. Ga niet te veel naar voren hangen, maar houd je gewicht en dus de druk op het achterwiel. Wanneer je je topsnelheid hebt behaald, ga je zitten en concentreer je je op je cadans. Houd overigens altijd je hoofd omhoog. Veel fietsers hebben de neiging om met hun gezicht naar de grond te sprinten.

Aanbevolen sporthorloges om je snelheid te meten:

 

 

Alle informatie over Wielrennen

Download GRATIS Het 50 Dagen Trainingsprogramma E-Book

Vul hieronder je gegevens in

Download GRATIS Het 50 Dagen Trainingsprogramma E-Book

Waar ben je naar op zoek?